Het is de stilte die de zee doorbreekt,
	De zeemeeuw gilt voor mij uit,
	Ik wil het niet horen, ik wil genieten
	Van de stilte van de zee
	Het ruisen der golven
	Fantaseren dat ik alleen op de wereld ben
	Maar er fantaseren er al zoveel
	En toch blijf ik dromen
	Op mijn eigen strand
	Bij mijn eigen zee
	De golven zijn  mijn eigendom
	De duinen zijn mijn buren
	Mijn voetstappen laten sporen na
	In het zilte vochtige strand
	Maar dat mag van mij
	Want de zee behoort mij toe
	De lucht mag een ieder inademen
	Maar kom niet aan mijn zee
	Laat mijn duinen rusten
	De wind over zee neemt altijd
	De engte in mijn hoofd mee
	Waaiend en soms briesend .
	Maar dat mag, de zee is mijn geliefde
	Mijn minnaar, mijn muze, mijn alles
	Maar met alles is niet te leven
	Daarom loop ik maar te fantaseren
	Op mijn strand, aan mijn zee,
	En niemand die het weet,
	En niemand die mij tegenhoudt.
	De eenzaamheid omsluit mij als een deken
	En ik trek de deken over mijn kille lichaam
	Want ook de koude kille lucht,
	Moet ik delen met zovelen
	Die van de zee houden.
 	



