Waar ik mijn zakken van vol heb, is het verleden. 
En dan vooral van m’n ‘familie’ en m’n ‘vrienden’ 
die mij vermeden. 
Ik was niet meer welkom, er was geen moment: 
‘hoe zou het met hem zijn?’ 
Als ik opbelde, dan was de vraag: 
‘Waar zit je momenteel?’ 
goh dat deed zo’n pijn. 
In hun ogen kon ik geen oprecht bestaan meer krijgen 
in mijn leven, 
zei mijn ‘familie’, die wilden/konden 
mij niets meer geven. 
Ik werd heel vaak doortrapt, zwart gemaakt, gekleineerd, 
het maakte mij hard, ik heb er voor mijzelf 
veel van geleerd. 
Ik heb gekozen voor 
een goed bestaan in dit leven. 
Er is een hoop veranderd, 
ik had weer een wil om alles te geven. 
Ik kreeg weer een leven 
waar ik lang op had gewacht, 
Een hele lieve vriendin, Anneke, 
die mij een hoop bij heeft gebracht. 
Goh wat was ik wisselvallig 
in het begin van onze tijd. 
Dat deed heel erg pijn 
Ik viel in mijn oude driftbuien terug 
en ik wilde zo helemaal niet zijn. 
Wat ik niet kon, dat was er over te gaan praten, 
angst dat zij mij ging haten. 
Gooien, smijten, en niet bang zijn 
dat zij mij zou gaan verlaten. 
Nu zijn wij alweer lange tijd samen, 
en het gaat heel erg goed, 
Natuurlijk is er wel eens wat, 
maar het praten erover, ja dat moet. 
Het was voor mij een moeilijk iets, 
om dat te gaan leren. 
Maar ik wilde het absoluut niet mijn rug toe keren. 
Ik had een kans 
en deze wilde ik met beide handen pakken. 
En al was het angstig, 
ik wilde niet door wat dan ook heen zakken. 
Het vertrouwen, dat kwam langzaam weer op gang, 
het werd steeds mooier, vrijer, ik was niet meer bang. 




